• Kaart
  • Beschrijving
Uit: Het Koningrijk der Nederlanden, voorgesteld in eene reeks beschrijvingen  door J. L. Terwen, 1858 pagina 659 pagina 664 pagina 671
beker- en Duurser-diep; de Smildervaart, het Oranje-kanaal, de BeiIer-, de Hoogeveensche-, deNorger-vaart-,enz.; ook vindt men ereenige meren, als: het Zuidlaarder-, Leekster-, Berger- en het Zwarte-meer. Uit hoofde van de gesteldheid des bodems zijn er de voortbrengselen niet zoo menigvuldig, als in de andere provinciën onzes vaderlands; nogtans levert het dierenrijk: paarden, hoornvee, zeer veel varkens en schapen, welke laatsten in talrijke kudden op de uitgestrekte heidevelden hun voedsel zoeken, vossen, hazen, konijnen, veel tam en wild gevogelte, visch, zeer veel bijen (iemen), en driederlei soort van slangen. Het plantenrijk verschaft rogge, boekweit, een weinig garst, haver en tarwe, beste hop, aardappelen, klaver, cichorei, knollen, heide voor bezems, allerlei boomvruchten, vele woudboomen, als eiken, esschen, ijpen, linden, berken, dennen, enz. Uit het rijk der delfstoffen trekt men, behalve de reeds genoemde lange turf, die van jaar tot jaar, sedert de kanalisatie op groote schaal wordt bewerkstelligd, in steeds grootere hoeveelheden wordt afgevoerd, onderscheidene soorten van steenen, waaronder zware keisteenen voor de zeeweringen. In vergelijking met de andere provinciën is tot heden toe de ambachts- en fabrieksnijverheid in Drenthe nog van geringen omvang, en bepaalt deze zich nog bijna enkel tot de behoeften der ingezetenen; evenwel bestaan ook hier min of meer belangrijke fabrieken, waarvan wij de voornaamsten beneden zullen noemen, en ten platten lande worden zelfs tot in de kleinste dorpen linnenweverijen gevonden. De staat van afzondering, waarin dit gewest langen tijd verkeerd heeft, is de oorzaak geweest, dat hier de oud-germaansche wetten, instellingen en gebruiken veel langer dan in eenig ander deel van ons vaderland in stand gebleven zijn, en nog heden zijn die niet geheel en al verdwenen. Ook in een geologisch opzigt en met betrekking tot hare natuurlijke historie en oudheden is deze provincie merkwaardig. Tot hare grootste merkwaardigheden behooren echter de zoogenaamde Hunnebedden, zijnde langwerpige, met keisteenen geplaveide en met zware ruwe steenblokken gedekte grafsteden, die hoogstwaarschijnlijk van de Kelten, de alleroudste bewoners dezer landen en van Noord-Duitschland, afkomstig zijn; in Drenthe vindt men ruim 30 dergelijke Hunnebedden, waarvan het grootste te Borger, en het best bewaarde te Tinaarlo aangetroffen wordt. Eene andere merkwaardigheid zijn de Tumuli, of ronde, uit aarde opgeworpene grafheuvels, waarin men urnen, koperen en ijzeren wapenen, enz. gevonden heeft, en wier oor85'
Van de Dieverbrug loopt een kunstweg oostw. naar het schoone dorp Dwingelo, 4 uren N. N. O. van Meppel en 3 uren N. W. van Hoogeveen, aan de Havelter-Aa. Het telt met 4 gehuchten 1.500 van den landbouw levende inw., waarvan omstreeks 800 in de kom gevestigd zijn, die door een groot grasplein, de Brink genaamd, om hetwelk de huizen staan, gevormd wordt. Het heeft 2 beroemde jaarmarkten, eene Herv. Kerk, met oen orgel en eenen zonderlingen peervormigen koepeltoren, eene kleine Kerk voor de chr. afgescheidenen, en eene zeer kleine Israël, bijkerk; in de nabijheid ligt het landgoed Oldengaarde, met een zeer ruim kasteel, fraaije wandelingen en voortreffelijke landerijen. Bij de vernietiging van het Edict van Nantes zetten zich in dit dorp vele fransche protestanten neder, wier woningen nog heden den naam van Fransche huizen dragen. — Oostwaarts van Dwingelo en Smilde ligt de gem. Beilen, met 14 gehuchten en 2.800 inw., die meest van landbouw bestaan en eenige fabrieken hebben. Het dorp Beilen is groot en welvarend, telt 800 inw. en heeft eene overoude Herv. Kerk, zonder orgel, maar met eenen fraaijen hoogen toren, alsmede eene Kerk voor de chr. afgescheidenen; het is herhaalde malen door brand geteisterd en in 1820 werd het bijna geheel in asch gelegd. Ter bevordering van den koophandel is dit dorp in 1791 door het kanaal de Beiier-vaart met de drenthsche Hoofdvaart vereenigd. — Wederom één uur O. vinden wij Westerbork, gelegen op het verhevenste punt van Drenthe (14| el boven het waterpas der Zuiderzee), 3 uren Z. ten O. van Assen en ruim zoo ver N. O. van Hoogeveen. De gem. is zeer oud en bevat in het dorp en 8 gehuchten ruim 1.400 inw. (waarvan 400 in het dorp), die meest van landbouw en het afgraven der hooge veenen leven. Er is eene in 1778 vernieuwde Herv. Kerk, zonder orgel, doch met eenen spitsen toren, waarin 3 klokken, en eene Kerk voor de chr. afgescheidenen, in 1843 gesticht. Het noord, gedeelte der beide laatstgenoemde gemeenten wordt door het Oranje-kanaal doorsneden. — Van Beilen ons weder Z. W. wendende, komen wij te Buinen, 3 uren N. O. van Meppel, aan de Ruiner- of Wold-Aa en den kunstweg, die van Dwingelo naar Hoogeveen leidt. Vroeger was Ruinen eene onafhankelijke heerlijkheid, die in 1768 door aankoop (voor 100.000 gl.) aan de staten van Drenthe kwam, doch welker voorregten in 1795 geheel zijn vervallen. Thans bevat de gem. met 4 gehuchten (waaronder Echten, met een oud en beroemd kasteel) en nog eenige kleinere plaatsjes, bijna 2.300 inw.
oiiüe romeinsche legerplaats of een overblijfsel van eenen ouden landweg. Een weinig ten Z. van Odoorn, op den weg naar Emmen, ligt de lieve buurschap Valthe, in welker nabijheid in 1818 eene hoogst merkwaardige, uren gaans voortloopende houten brug of weg ontdekt werd. welker oorsprong geheel onbekend is. (Z. Ter Apel). In het W. der gem. liggen de zooganaamde Zeven meren, en op de grenzen, in de Bargerveenen en te midden van het Etlertsveld, is aan het einde der Hoogeveensche Vaart in de laatste jaren eene veenkolonie ontstaan, die den naam van Schoonoord draagt, en door de nabijheid van het Oranje-Kanaal eenen schoonen bloei belooft. — Steeds verder noordwaarts gaande geleidt ons de weg naar Borger, een der schoonste dorpen van Drenthe, 7 uren N. van Koevorden en 3| uur Z. O. van Assen. Het vormt met 9 buurschappen, waaronder brouwen. Buiiien en Westdorp de voornaamsten zijn, eene gem. van 3.400 inw., waarvan 2.600 onder het dorp (in 1796 telde men er nog geen 1.100), die hun bestaan vinden in den landbouw, doch ook in de turfgraverij, welke zich sedert eenige jaren in de Buiner- en Drouwerveenen zeer sterk ontwikkeld heeft. Het dorp heeft in de kom ongeveer 300 inw. en eene in 1828 gebouwde Herv. Kerk, met eenen zeer ouden toren; in de nabijheid vindt men onderscheidene hunnehedden, waarvan een het grootste der geheele provincie is, daar het 70 voet lang en 12 voet breed is en uit 45 groote steenen bestaat; het is echter niet geheel ongeschonden. — Wederom N. van Borger ligt Gasselte, te midden van zandheuvels en 3 uren O. t. Z. van Assen. Het dorp (met 600 inw.) vormt met eenige gehuchien en het N. oostelijk liggende vrij groote en fraaije dorp Gaaseltvr-Nyeveen eene gem, die eene bevolking van nagenoeg 1.200 inw. heeft, welke van den landbouw, de veenderij, den handel in eiken-timmerhout en keisteeuen, de schipperij, enz. leven; de hier gegraven turf wordt op het naburige Nieuwe-Stadskanaal in de provincie Groningen ontscheept; er is in heide dorpen eene Herv. Kerk. — Veel fraaijer is het ten N. van Gasselte liggende dorp Gieten. hetwelk met het dorp Gieterveen en 4 gehuchien eene bevolking v;in t.MOO inw. telt, en welks huizen te midden van fraai en schilderachtig geboomte verspreid liggen. Bijzonder schoon is de wandeling naar do GieSerhoonte, eene heuvelachtige streek, van waar men de treffendste gezigien op het hoschrijke dorp en over een gedeelte der provincie Groningen heeft. Over het geheel behooren de dorpen

Provincie Drenthe. Gemeente Borger.

 
wapen van Borger 13035 Bunders
4400 Inwoners

1867

Bekijk op atlas1868.nl
Bekijk op atlasenkaart.nl
Gemeentegeschiedenis
  • Spoorweg
  • Straat- en Kunstweg
  • Gewone weg
  • Dijk en kade
  • Voetpad
  • Kerk
  • Molen
Vierde uur gaans
0
 
¼
Nederl. Ellen
0
 
500