• Kaart
  • Beschrijving
Uit: Het Koningrijk der Nederlanden, voorgesteld in eene reeks beschrijvingen  door J. L. Terwen, 1858 pagina 409
van de voorbij varende schepen. Na 1828 is het aanmerkelijk versterkt; de huizen binnen het fort zijn rondom een vierkant, met boomen bezet plein gebouwd; daaronder munt uit de Herv. Kerk met een fraai koepeltorentje, een groot en klein Arsenaal, 2 kazernes, 2 kruidmagazijnen, enz.; de geheele gemeente Fort Bath-en-Bath bevat 450 inw., waaronder 150 militairen. Al het land ten N. van de laatstgenoemde gemeenten is onderden naam van het Verdronken Zuid-Beveland bekend (z. bl. 368). Wel werden na den geduchten vloed van 1530 en 1532 eenige polders in het Z. aan de golven ontwoekerd, maar het was en is nog thans niet gelukt, het verloren land te herwinnen. Aan pogingen daartoe heeft het echter niet ontbroken. In 1849 werd aan den heer D. Dronkers te Middelburg concessie verleend tot het graven van een kanaal door Z. Beveland en tot afdamming van de Ooster-Schelde, ten einde het eiland aan den vasten wal van N. Brabant te verbinden, den waterweg tusschen de Schelde en den Rijn te verbeteren, en het verdronken land in vruchtgevende polders te herscheppen, wier genot en bezit de belooning van den ondernemer zouden uitmaken. Deze concessie ging naderhand over in handen eener vennootschap, de Nederlandsche Maatschappij tot indijking der op- en aanwassen in de Ooster-Schelde genaamd, en deze ving terstond het werk aan. Maar de reeds ver gevorderde werken werden door eenen stormvloed vernield, en ofschoon de maatschappij zich door de zeer groote schade niet liet ontmoedigen, moest zij toch in het laatst van 1857 door nieuwe tegenspoeden de onderneming staken. Slechts 2 polders aan den oostwal van het eiland, te zamen 1.068 bunders groot, waren door haar ingedijkt, en de grootste dezer is op 1 febr. 1858 weder ingebroken en overstroomd. Daarop werd door den staat en de maatschappij in dec. 1858 eene overeenkomst gesloten, waarbij de laatste van hare verpligtingen ontheven werd en zij al de reeds uitgevoerde werken aan het kanaal, met al de door haar aangekochte gronden, de huizenen gebouwen aldaar, de materialen, stoom- en andere werktuigen, enz. aan den staat overdroeg. Alzoo is dit hoogst nuttige werk, dat zoc veel beloofde, geheel gestaakt. De laatste dorpen op Z. Boveland, die wij nog te bezoeken hebben, zijn Yerseke, Wcmeldinge en Kattendijke aan de N. zijde des eilands. Het eerste, omtrent 3 uren O. van Goes, bevat ongeveer 800 inw., heeft eene meestoof, en eene Herv. Kerk, die reeds van de 13deeeuw dagteekent, en waarvan een groot deel met het dorp in 1523 af52

Provincie Zeeland. Gemeente Kattendijke.

 
wapen van Kattendijke 2070 Bunders
940 Inwoners

1866

Bekijk op atlas1868.nl
Bekijk op atlasenkaart.nl
Gemeentegeschiedenis
  • Spoorweg
  • Straat- en Kunstweg
  • Gewone weg
  • Dijk en kade
  • Voetpad
  • Kerk
  • Molen
Vierde uur gaans
0
 
¼
Nederl. Ellen
0
 
500