• Kaart
  • Beschrijving
Uit: Het Koningrijk der Nederlanden, voorgesteld in eene reeks beschrijvingen  door J. L. Terwen, 1858 pagina 244
zoo groot, dat, toen zij door Witte van Haemstede bij Haarlem overwonnen waren, zelfs de vrouwen hielpen om de vijanden uit de stad te drijven en dood te slaan. Toen was Schiedam reeds de hoofdstad van Schieland; graaf Willem III begunstigde haar zeer en hield er zelfs somtijds zijn verblijf; vooral voerde zij grooten handel op Zeeland, waarmede zij reeds vroeger in zeer naauwe betrekking stond; eerst lang naderhand begon Rotterdam met haar te wedijveren en zich boven haar te verheffen. In 1359 werd de stad gedeeltelijk met eene diepe gracht omringd, en ook in andere opzigten versterkt. De opkomst van Rotterdam bragt haar in de volgende eeuw groote schade toe, zoo dat de Schiedammers, ofschoon van den vroegsten tijd af bekend wegens hunne tot spreekwoord geworden zuinigheid en arbeidzaamheid, zeer verarmden. Toen in 1588 de Hoekschen zich van Rotterdam hadden meester gemaakt, poogden zij ook door verraad Schiedam te bemagtigen, maar de aanslag mislukte; in de bestendige schermutselingen, die toen plaats hadden, gedroegen de Schiedammers zich zeer dapper. In 1572 ging de stad zonder slag of stoot tot de staatsche partij over, en deelde vervolgens in al de lotgevallen der republiek. Het Huis te Rivier, waarvan nog de bouwvallen aan den buitensingel tusschen de voormalige Overschiesche en Rotterdamsche poorten te zien zijn, werd met de heerlijkheid Oud- en Nieuw-Mathenesse, ten O. der stad gelegen, in 1688 door de stad gekocht. Zij bezit nog verscheidene andere heerlijkheden, benevens de polders Oost- en West-Frankenland, die waarschijnlijk in de 16le eeuw zijn ingedijkt, en met eene sluis in de haven uitwateren. Het is voornamelijk in den laatstgemelde dezer polders, dat de stad bij haren tegenwoordigen bloei zich begint uit te breiden. Schiedam is zeer regelmatig gebouwd, bevat eenige ruime straten en grachten van een aantal sierlijke huizen voorzien, en wordt doorsneden door eene breede gracht of haven, die de Maas met de Schie vereenigt. Zij was voorheen met muren, hier en daar met ronde torens versterkt, omringd, waarvan de 2 laatsten in den loop dezes jaars (1858) zijn afgebroken, ter verbreeding van den toegang naar de nieuw aan te leggen straat en de te maken brug over de nieuwe haven, tot verbinding van den aanbouw in het Frankenland met de stad. Men ziet er nog 3 poorten, als: de Rotterdamsche, de Vlaardingsche en de Kethelpoort, zijnde de Christoffel- of Hoofdpoort door het uitleggen der stad aan den zuidkant vervallen en de Overschiesche in het vorige jaar afgebroken. De stad heeft voorts eene driehoekige

Provincie Zuid-Holland. Gemeente Rotterdam.

 
wapen van Rotterdam 718 Bunders
106500 Inwoners

1865

Bekijk op atlas1868.nl
Bekijk op atlasenkaart.nl
Gemeentegeschiedenis
  • Spoorweg
  • Straat- en Kunstweg
  • Gewone weg
  • Dijk en kade
  • Voetpad
  • Kerk
  • Molen
Vierde uur gaans
0
 
¼
Nederl. Ellen
0
 
500