• Kaart
  • Beschrijving
Uit: Het Koningrijk der Nederlanden, voorgesteld in eene reeks beschrijvingen  door J. L. Terwen, 1858 pagina 588 pagina 791
geheel nieuw opgerigt en maakt dit landgoed tot een der fraaisten uit dit gedeelte van Gelderland. — De geheele gemeente bevat ruim 3.200 inw. — De buurt Eldrik ligt ten Z. van den IJssel, even als de dorpen Wefd en Didam, die met onderhoorige gehuchten en buurten ruim 2.000 en 3.300 inw. bevatten; beiden bezitten eene Herv. en eene R. K. Kerk, zijnde de laatste te Didam zeer sierlijk en bezienswaardig. Aldaar vindt men ook de adellijke huizen de Heegh en Loil, en de zoogenaamde Didamsche Bosschen. — De hoek tusschen de rivieren den Ouden en den Nieuwen IJssel wordt ingenomen door de gem. Angerlo (met ruim 1.500 inw.,) waaronder de dorpen Angerlo, Lathum, de buurt Giesbeek, de adellijke huizen Bingerden en Kell en nog verscheidene buurschappen behooren. Angerlo, \ uur Z. van Doesborgh, heeft eene Herv Kerk, even als Lathum, dat aan den IJssel tigt, maar eigentlijk geene kom heeft; hier vindt men tevens het grootendeels vervallen Slot-te-Lathum. Z. W. van deze gemeente ligt Westervoort, 1 uur O.1. Z. van Arnhem, aan den IJssel, ter plaatse, waar voor weinige jaren eene prachtige, hoogst bezienswaardige ijzeren brug, ter dienste van den Rhijnspoorweg over den IJssel gelegd is, die als een meesterstuk van bouworde bewonderd wordt. Het dorp bevat met de buurschap IJsseloord ruim 1.000 inw., heeft vele fraaije boerderijen en buitenverblijven, eene schipbrug over den IJssel, en eene zeer oude, grootendeels van duifsteen opgetrokken Herv. Kerk, zonder orgel, maar met toren; men wil dat deze kerk reeds in het begin der 8\"' eeuw zou bestaan hebben, doch in 1826 is zij grootendeels vernieuwd; ook is er eene in 1841 gebouwde, vrij nette R. K. Kerk. — Weder O. opgaande, komen wij te Duiven (700 inw. in de kom), met Groessen en het Loo ééne gem. van 2.300 inw. uitmakende, die 3 R. K. kerken heeft. Verder Oostwaarts vinden wij Zevenaar. Het plattelandstadje Zevenaar ligt 2^ uur O. Z O. van Arnhem, in de landstreek, die oudtijds den naam van het graafschap, later dien van het ambt Lijmers droeg, en een onderdeel van het grootere graafschap Hamelande uitmaakte. Dit graafschap bestond reeds in het begin der 9de eeuw; het behoorde eerst aan Utrecht, daarna beurtelings aan Gelderland en Cleef, en was dikwijls ten prooi aan de treurigste oorlogsrampen, waarbij deze ongelukkige landstreek nu en dan op de vreeselijkste wijze verwoest werd, terwijl zware overstroomingen deze onheilen nog vergrootten. In 1666 kwam de Lijmers met Cleef aan Brandenburg, in 1808 aan het koningrijk Hol-
meeren in, vinden wij het dorp Ipekolsga, en aan den noordoever van bet Heegermeer het aanzienlijke dorp Heeg, 2 uren Z. Z. W. van Sneek, met ongeveer 1.200 inw., die meest hun bestaan in veeteelt en visscherij vinden; inzonderheid wordt van hier veel paling naar Engeland uitgevoerd; ook heeft men er 3 scheepstimmerwerven, 2 leerlooijerijen en 1 houtzaagmolen. Het dorp is groot, wel bebouwd en goed bestraat, bestaande uit eene schoone buurt langs de vaart en uit eene lange en net te straat, die naar de kerk leidt. De Herv. Kerk is in 1840 ter vervanging der oude en bouwvallige kerk gebouwd en van een orgel en spitsen toren voorzien. Ook de R. kath. hebben hier een klein kerkgebouw. — Van dit dorp loopt een rijweg over het gehucht Osingahuizen naar den Lemster straatweg. Oudega, 2 uren W. Z. W. van Sneek, te midden van vele poelen en meertjes, telt slechts 150, en met onderhoorige gehuchten ongeveer 500 inw. en bezit eene Herv. Kerk, zonder orgel. — W. van daar ligt Sand/irde, (70 inw.), en Zuidwaarts Idsega, (180 inw.), bij de Idsegasterpoelen. Gaastmeer, 2J uur Z. W. van Sneek, aan eenen inham van het Fljuessenmeer, bevat met 3 buurtjes 230 inw., waarvan velen zich op de païingvisscherij toeleggen; ten W. van daar vindt men het laatste dorp der gemeente, het kleine Nijhuizum, in de nabijheid van Workum, met ongeveer 80 inw. en eene Herv. Kerk. De stad Worküm ligt aan de Zuiderzee, 4 uren W. ten Z. van Sneek, en wordt door de gem. Wonseradeel, Wymbritseradeel en Hemelumer-Oldephaert- en Noordwolde ingesloten. Tot haar gebied behooren eenige buitenbuurtjes en het grootste gedeelte van Workumer-Nieuwland, welke met den naam van den Klokslag van Workum aangeduid worden. Nopens den oorsprong der stad is niets met zekerheid bekend, maar uit den ouden naam Wolderkum of Waldrichum gist men, dat eertijds, vóór het ontstaan der Zuiderzee, meer westwaarts eene boschachtige streek gelegen hebbe. Reeds vroeg bestond te dezer plaatse eene groote uitwatering naar het meer Flevo, hetwelk waarschijnlijk aanleiding heeft gegeven, dat vele bewoners zich hier op terpen of hoogten vestigden, en alzoo trapswijze een groot dorp deden ontstaan, dat naderhand, wanneer is onbekend, tot stad verheven werd; het eerst wordt van haar als stad melding gemaakt in 1374. Gedurende de twisten van de Schieringers en Vetkoopers was de plaats aan groote rampen blootgesteld, daar nu eens de eene, dan de andere partij haar in hare magt had. In 1515 werd

Provincie Gelderland. Gemeente Didam.

 
wapen van Didam 3504 Bunders
3350 Inwoners

1866

Bekijk op atlas1868.nl
Bekijk op atlasenkaart.nl
Gemeentegeschiedenis
  • Spoorweg
  • Straat- en Kunstweg
  • Gewone weg
  • Dijk en kade
  • Voetpad
  • Kerk
  • Molen
Vierde uur gaans
0
 
¼
Nederl. Ellen
0
 
500