• Kaart
  • Beschrijving
Uit: Het Koningrijk der Nederlanden, voorgesteld in eene reeks beschrijvingen  door J. L. Terwen, 1858 pagina 441
legen, waarvan het eerste omtrent 1.500 en het tweede ruim 400 inw. heeft. Made. meer landwaarts in, bezit eene R. K. Kerk, zijnde een kruisgebouw met toren en orgel, in 1841 aanmerkelijk vergroot; Drimmelen, aan den Biesbosch, is een arm dorp, welks bewoners meestal van de vischvangst leven; beiden hebben eene kleine Herv. Kerk. Tot de gemeente behooren de gehuchten Oud-Drimmelen, Standhaze, Vierenstraten, Voorstraten, Zandstraten en een gedeelte van het gehucht ten Horst.
  Wij zijn genaderd tot de vesting Geertruidenberg, eeuwen lang de twistappel tusschen Holland en Brabant, en hoewel klein, in onze geschiedenis door zijne lotgevallen vermaard. Zij ligt 3 uren N. O. van Breda en 1½ uur N. van Oosterhout, in een laag, vlak land, op eenen kleinen afstand van den Biesbosch, op den westoever der rivier de Donge, die zich hier uitstort. Waarschijnlijk ontleent zij haren naam aan St. Geertruida, dochter van Pepijn van Landen, die in 664 overleed en hier eene kapel bouwde, welke de oorsprong der plaats werd. Zij behoorde vroeger tot Holland, doch was in de Hoeksche en Kabeljaauwsche twisten meestal de partij der eersten toegedaan, die haar in 1489 begonnen te versterken. Later is zij door prins Willem I van meer vestingwerken voorzien, die echter in 1820 allen gesloopt zijn. In 1833 evenwel is men begonnen nieuwe en uitgebreide werken aan te leggen, waardoor de stad weder eene vrij sterke vesting, met 9 bastions, geworden is, die in tijd van oorlog rondom onder water gezet kan worden. In 1304 nam Jan II, hertog van Brabant, haar onverwacht in, maar kort daarna werd zij wederom door den dapperen Nicolaas van Putten hernomen. Ofschoon zij in 1420 de zijde van Jacoba van Beijeren hield, werd toch uit vrees haar oom Jan van Beijeren binnen de plaats gelaten, terwijl de heer Dirk van de Merwede, toen kastelein, zich in het slot opsloot, daar een hevig beleg verduurde, de stad met vuurpijlen in brand schoot, zoo dat zij geheel in de asch gelegd werd, en zich eerst op eerlijke voorwaarden overgaf, toen het kasteel een puinhoop geworden was. 's Jaars daarna werd de stad, even als de geheele omstreek, zwaar door den St. Elizabethsvloed geteisterd, en zij had het alleen aan hare eenigzins hoogere ligging te danken, dat zij toen niet geheel onderging. Te dier tijd behoorde zij tot de belangrijke hollandsche steden, die ter dagvaart beschreven werden, en ook later zond zij gevolmagtigden ter vergadering der Staten, hetwelk echter na 1584 niet meer geschied is. In 1489 nam Jan van Naaldwijk aan het hoofd der Hoekschen

Provincie Noordbrabant. Gemeente Made en Drimmelen.

 
wapen van Made en Drimmelen 6918 Bunders
2275 Inwoners

1867

Bekijk op atlas1868.nl
Bekijk op atlasenkaart.nl
Gemeentegeschiedenis
  • Spoorweg
  • Straat- en Kunstweg
  • Gewone weg
  • Dijk en kade
  • Voetpad
  • Kerk
  • Molen
Vierde uur gaans
0
 
¼
Nederl. Ellen
0
 
500